Etikettering
Het doel van de etikettering van voedingsmiddelen is het verstrekken van informatie over de inhoud van bepaalde producten en de consument te helpen bij het selecteren van voedsel. Het hebben van voedingsinformatie in een verstaanbaar formaat, kan ons helpen om gezondere beslissingen te nemen.
Soorten voedingslabels
Voor alle voorverpakte voedingsmiddelen is de etikettering op de achterzijde van de verpakking verplicht en deze moet gepresenteerd worden per 100 g/ml of per portie. Omgekeerd is etikettering op de voorzijde van een verpakking vrijblijvend, tenzij een gezondheidsclaim gemaakt wordt, zoals “laag in vet” of “rijk aan vezels”.
Portiegrootte
Verplichtingen
Problemen met voedseletikettering
- De ADH (= aanbevolen dagelijkse hoeveelheid) is gebaseerd op de veronderstelde nood van gemiddelde vrouw, namelijk 2000 kilocalorieën, 260 gram koolhydraten, 50 gram eiwit enzovoort. Deze waarden houden geen rekening met trainingsniveau, lichaamsgewicht of spiermassa en zijn daarom niet van toepassing op de meerderheid van de bevolking.
- Bepaalde fabrikanten kunnen het ADH- systeem opzettelijk niet gebruiken bij hun product, omdat het anders de consument zou kunnen weerhouden om dit product te kopen. Dit is gewoonlijk het geval bij ‘ongezonde’ producten zoals chocoladerepen.
- Andere voedingsmiddelen voegen andere labels toe in een ADH-formaat, zoals “hoog in Omega-3” of “hoog in vezels”, zonder dit te vermelden in grammen of het ADH-percentage te vermelden. Op deze manier tracht de voedingsindustrie mensen te laten geloven dat hun product meer voedingswaarde heeft dan anderen.
- Veel gezondheidsclaims zijn niet gereguleerd of zeer mild. “Verminderd vet” en “minder suiker” betekenen niet noodzakelijk weinig suiker/vet. Om deze citaten op de verpakking op te nemen, moet het voedsel 25% minder suiker/vet bevatten dan de originele versie van hetzelfde voedsel.
- Het ADH-systeem is in vele gevallen gebaseerd op een willekeurige portiegrootte. Enkele goede voorbeelden zijn: “½ van deze pizza bevat” en “1/3 van een taart bevat”. Dit betekent dat voedsel moeilijker kan worden vergeleken en een onrealistisch perspectief geeft op de hoeveelheid van bepaalde voedingsstoffen in dat voedingsmiddel.
- Telt iemand alle ADH’s van een macronutriënt op om bijna 100% te verkrijgen? Zou dit het extra verbruik van bepaalde voedingsstoffen aanmoedigen als ze op een dag niet 100% van de ADH bereikt hebben?
- Voedingsetiketten kunnen niet accuraat weerspiegelen wat er in de verpakking zit.
- Veel mensen hebben niet voldoende kennis over voeding om gebruik te maken van de informatie op een voedingsetiket of misinterpreteren het. Bijvoorbeeld: wat is het verschil tussen verzadigd en onverzadigd vet?
- Een voedingsmiddel dat een aanzienlijke hoeveelheid ‘gezonde vetten’ en micronutriënten bevat, kan als ‘rood’ (= slecht) gecodeerd worden terwijl het mogelijks meer voedingswaarde biedt dan voeding die als ‘groen’ geklassificeerd wordt.
Aanbevelingen
- Etikettering van voedingsmiddel is een nuttig instrument om basisinformatie over een voedingsbron te verkrijgen. De informatie op de achterkant van de verpakking kan informatiever en minder verwarrend zijn dan de etikettering op de voorzijde.
- Controleer bij het lezen van voedsingsetiketten de portiegrootte die ze gebruiken, namelijk “100g”, “een koekje” of “per portie”, alvorens een beslissing te nemen omtrent voedselselectie.
- Omdat voedingsbehoeften variëren van individu tot individu, is ADH niet zeer nuttigs. Overweeg je activiteitenniveau, lichaamssamenstelling, doelen en welke voedingswaarde je wil halen uit voedsel.
- Laat gezondheidsclaims op verpakkingen jou niet overtuigen of voor de gek houden. De regels voor het opnemen van deze claims op verpakkingen zijn niet zo streng dan je denkt.
— EnCORE Coaching – Personal trainer Lokeren —
Bronnen: